2020-03-11_-_Gerrit_Krolbrug.jpg
Gerrit Krolbrug voor de aanvaring in mei 2021

12 oktober 2021

Gepubliceerd in Dagblad van het Noorden (pdf)

De Gerrit Krolbrug is in mei 2021 total loss gevaren door een onoplettende schipper. De vervanging van deze brug in de belangrijke vaarweg Lemmer-Delfzijl maakt veel los in Groningen. Rijkswaterstaat wil de brug zo hoog mogelijk aanleggen, de bewoners (gebruikers) willen juist een zo laag mogelijk obstakel. De gemeenteraad beslist morgen over de twee varianten: 4,5 meter hoog (RWS) of 3 meter hoog (bewoners, Gerrit Krolbrug Comité). Minder brugopeningen is het belangrijkste argument van Rijkswaterstaat om de brug hoger aan te willen leggen.

Als schipper die ontelbare keren de Gerrit Krolbrug is gepasseerd met een varend woonschip moet ik constateren dat het belangrijkste argument van het Gerrit Krolbrug Comité juist is, namelijk dat de lage variant van de nieuw te bouwen brug vrijwel even vaak zal draaien als de hogere variant: zelden of nooit heb ik de oude brug zonder beroepsvaart gepasseerd (foto). En voor die beroepsvaart moet ook de hogere variant bijna altijd draaien omdat vrijwel alle vrachtschepen (geladen of ongeladen) hoger dan 4,5 meter zijn.

En dat ik vrijwel nooit alleen de Gerrit Krolbrug passeer is logisch. De 1250 meter verderop gelegen Oostersluis wacht vrijwel altijd op beroepsvaart voordat ze gaat schutten, of zou dat behoren te doen. De recreatievaart mag dan achteraan sluiten. De beroepsvaart heeft de absolute prioriteit op deze hoofdvaarweg. Veel sluizen in dergelijke belangrijke vaarwegen schutten pas zodra zich beroepsvaart aandient.

Oplossing: laat de recreatievaart zich voor de Gerrit Krolbrug verzamelen bij een wachtplaats.

Als de recreatieve wachtvoorziening van de Oostersluis aangebracht wordt voor de Gerrit Krolbrug, dan wachten de recreatieschepen daar om vervolgens achter de eerstvolgende beroepsvaart aan te sluiten en verder naar de Oostersluis te varen. En dat is ook nog veel veiliger omdat de situatie direct voor de sluis vaak onoverzichtelijk is door rondscharrelende recreatiebootjes. Indien de recreatievaart bijvoorbeeld meer dan een half uur op beroepsvaart moet wachten, dan zou men van de wachtplicht af kunnen wijken. Let wel: de wachttijd voor recreatievaart bij de Oostersluis bedraagt nu ook al vaak meer dan een half uur. En als je direct meekunt met beroepsvaart heb je geluk...

Maar bovenal: recreatieschippers hoeven niet door de Oostersluis en de Gerrit Krolbrug. Ze kunnen net zo goed of beter zelfs door de Stad varen, vanuit toeristisch en veiligheidsperspectief een veel beter alternatief.

Conclusie: een lage variant van de Gerrit Krolbrug is voor alle partijen acceptabel en zal zelfs kunnen bijdragen aan de veiligheid op de hoofdvaarweg Lemmer-Delfzijl.

En wat betekent het voor mijzelf? Met mijn 3 meter 50 doorvaarthoogte zal ik zelf ook moeten aansluiten bij een recreatieve wachtvoorziening. Ik zou dus baat hebben gehad bij de hogere variant, maar ik pas mij graag aan in het belang van tienduizenden niet gemotoriseerde weggebruikers...

Dirk van Driel, adviseur nautische zaken en beleid

pdf-versie van dit artikel


dirkvandriel.nl